Plaatselijk Belang Kollumerzwaag & Veenklooster presenteert op de jaarvergadering van maart de eerste contouren van de Omjouwingsfisy. Dorpencoördinator Saapke Nijhuis van de gemeente Noardeast-Fryslân is vrijwel vanaf het begin bij het proces betrokken geweest.
Bestuurslid Haije van der Zaag van Plaatselijk Belang Kollumerzwaag & Veenklooster maakte jaren geleden een eerste opzet van een omgevingsvisie voor beide dorpen met samen ruim 3000 inwoners. Het document was vrij algemeen en zonder de inbreng van de bewoners opgesteld. ‘Wat willen de inwoners, dat wisten we niet. Daarom wilden we verder met het proces en de bewoners er ook bij betrekken’, vertelt hij.
De projectgroep die ondertussen was opgericht, stelde een enquête op die ze – in overleg met de stembureau’s – tijdens de gemeenteraadsverkiezingen van 21 november 2018 liet invullen. Daarnaast gingen leden van de projectgroep actief met bewoners in gesprek. De respons van de enquête was hoog; ze kregen 657 ingevulde formulieren binnen.
Uit de enquêtes konden ze vier belangrijke thema’s halen waarover vier afzonderlijke avonden werden georganiseerd. Zo kwam er onder meer naar voren dat er behoefte is aan meer woningen en andere voorzieningen voor ouderen. ‘Mensen willen graag in het dorp blijven wonen, dat is een duidelijk signaal’, zegt Saapke. Ook jongeren moeten een duidelijke plek in de visie krijgen, zo is de wens. Opvallend was ook de saamhorigheid en binding met het dorp die tijdens de themabijeenkomsten naar voren kwam. ‘Ferbinend foarút’ is dan ook de naam van het startdocument dat in maart wordt gepresenteerd.
Er wordt hier en daar al gewerkt aan zaken die in het startdocument naar voren komen. Zo zijn er Dorpsomtinkers en Dorpshelpers en is een groepje bezig om de rijke cultuurhistorie van het dorp meer voor het voetlicht te brengen. ‘Ik merk dat het bij verschillende groepen al begint te borrelen. Bijvoorbeeld op het gebied van landbouw en duurzaamheid. Er zijn veel initiatieven geopperd, nu is het zaak om die scherp te houden en verder uit te werken’, zegt Haije.
De werkwijze van Kollumerzwaag en Veenklooster, waarbij de gemeente in de persoon van de dorpencoördinator in een vroeg stadium bij de dorpsvisie wordt betrokken, bevalt aan beide kanten goed. Saapke vroeg de projectgroep of ze mocht aanschuiven, om zo een betere binding met de dorpen te kunnen krijgen. ‘Als nieuwe gemeente Noardeast-Fryslân waren we zoekende hoe we het beste contact met de dorpen konden krijgen’, vertelt ze.
De projectgroep was aanvankelijk wat terughoudend, erkent Haije. Want het moest hun dorpsvisie worden, zonder een stempel van de gemeente. Hij is nu blij dat Saapke bij de opstelling van de omgevingsvisie is betrokken. ‘Ze kent de weg binnen de gemeente en kan ons tips geven’, zegt hij. ‘Het voordeel van mijn aanwezigheid als dorpencoördinator is dat de gemeente nu ook eerder weet wat er speelt in een dorp en welke richting een dorp uit wil. Het zorgt voor kortere lijntjes’, vult Saapke aan.
Voor de gemeente is het belangrijk om te weten wat er in de dorpen speelt en wat de wensen zijn, omdat dat verwerkt kan worden in de omgevingsvisie van de gemeente. Op 1 januari 2021 gaat de nieuwe Omgevingswet van start en worden de initiatieven vanuit de dorpen richtinggevend voor de gemeente. Processen zoals in Kollumerzwaag en Veenklooster zijn belangrijk om die initiatieven van de grond te krijgen, maar trekken wel een zware wissel op de vrijwilligers in het dorp, erkennen Haije en Saapke. ‘Vrijwilligers zijn belangrijk. Die moet je koesteren, niet overbelasten. Daar moeten we ons als gemeente ook bewust van zijn. Ik word betaald voor mijn werk, deze mensen doen het allemaal in hun vrije tijd.’
De rol van Doarpswurk is die van procesbegeleider. ‘Het is een inspirerend en ook zeker een voorbeeldtraject waarin door het dorp al veel energie is gestoken’, zegt adviseur Eddy Lania van Doarpswurk. ‘Dorpsbelang wilde een proces waarbij input van onderop uitgangspunt was. Daarom is gekozen voor een enquête, themabijeenkomsten en werkgroepen.’ De betrokkenheid van dorpencoördinator Saapke Nijhuis is volgens hem nog vrij uitzonderlijk en heeft zeker meerwaarde. In dit proces is het fundament gelegd voor een breed gedragen visie, na presentatie van de visie in de ledenvergadering gaan werkgroepen aan de slag met de uitvoering. In samenwerking met vele belanghebbenden, waaronder de gemeente. ‘Een breed draagvlak en verbinding is cruciaal voor zo’n visie. ‘Mei elkoar, foar elkoar’ is hier goed gelukt.’
Tekst & foto: Ida Hylkema; Doarpswurk